top of page

ADHD: genetisch of een transgenerationeel symptoom?

Foto van schrijver: Rebekka RogiestRebekka Rogiest

Bijgewerkt op: 3 dagen geleden

Het lijkt haast een vanzelfsprekendheid geworden: ADHD is genetisch. Idem voor autisme. Je hebt het, of je hebt het niet, en als je het hebt, komt het waarschijnlijk omdat een van je ouders of grootouders het ook had. Maar is dat wel zo? Vanuit mijn kader, het Lacaniaans perspectief, schuurt deze stelligheid. Niet omdat genetica op geen enkele manier een rol zou spelen, maar omdat een dergelijke verklaring ons blind maakt voor de complexiteit van het menselijk psychisch functioneren.

 

Het ongemak van onze tijd

In onze hypermoderne samenleving worden we geconfronteerd met een steeds snellere informatiestroom, onophoudelijke verwachtingen en een dwingende productiviteitsdrift. Kinderen worden al vroeg onderworpen aan prestatiedruk, volwassenen hollen van taak naar taak, en rust wordt een schaars goed. Wat als ADHD of ‘borderline’ geen genetische ‘fout’ is, maar een symptoom van hoe wij als samenleving omgaan met verlangens, tekorten en grenzen?

 

Lacan, Frans psychiater en psychoanalyticus, herinnert ons eraan dat de mens niet louter biologisch is, maar gevormd wordt in en door taal, relaties en verlangens. ADHD is, in deze lezing, geen vaststaande entiteit die in het DNA verankerd ligt, maar een manier waarop sommige lichamen reageren op de eisen van onze tijd. Het is een signaal dat iets niet stroomt, dat het Symbolische – de ordening van taal, regels en structuren – spaak loopt, en dat het Reële – datgene wat nooit volledig symboliseerbaar is – zich opdringt.

 

Binnen de Lacaniaanse structuurkliniek vallen ADHD en autisme onder psychose, waar individuen verschillend omgaan met vier fundamentele extremiteiten: het tekort, het symbolische (taal en regels), het lichaam en de Ander (de sociale omgeving). Maar nog crucialer is het concept van de Naam-van-de-Vader: het symbolische principe dat grenzen stelt, orde brengt en verlangens kanaliseert. Wanneer deze Naam-van-de-Vader niet (voldoende) geïnstalleerd wordt – vaak door transgenerationele breuken, trauma’s of onbewuste overdrachten – ontstaat een kwetsbaarheid in de psychische structuur.

 

ADHD als transgenerationeel symptoom

De vraag naar een genetische of biologische oorzaak, zoals een zuurstoftekort bij de geboorte, negeert deze complexiteit. De Lacaniaanse analyse erkent dat medische factoren een rol kunnen spelen in iemands ontwikkeling, maar ziet ADHD en autisme niet als biologische defecten. Ze zijn unieke manieren waarop iemand zich positioneert ten opzichte van het tekort, het lichaam, het symbolische en de Ander – ook wanneer er medische factoren in het spel zijn.

 

Wat vaak als genetisch wordt bestempeld, kan in psychoanalytische termen gelezen worden als een transgenerationeel onvermogen om de Naam-van-de-Vader – de symbolische wet en ordening – te installeren. ADHD wordt dan een symptoom dat zich herhaalt over generaties heen, niet door DNA, maar door structurele breuken in hoe verlangens, grenzen en taal worden doorgegeven binnen een familie.

 

Een etiket als antwoord op ongemak

De neiging om ADHD, autisme en andere stoornissen te reduceren tot een genetische kwestie biedt een schijnbare opluchting: het haalt de last van verantwoordelijkheid weg. Ouders hoeven zich niet schuldig te voelen, leerkrachten kunnen wijzen naar ‘de aard van het beestje’, en de samenleving kan haar eigen rol in stilte negeren. Maar wat verliezen we wanneer we ADHD, autisme of alledaagse psychose enkel als erfelijk verklaren? We verliezen de mogelijkheid om te kijken naar wat het ons eigenlijk vertelt.

 

Waarom valt een kind steeds uit de boot? Waarom houdt het geen rekening met aangebrachte grenzen en structuren? Waarom kan een volwassene niet aarden binnen de opgelegde structuren? Wat zegt hun onrust, hun onvermogen om zich te focussen, om structuur aan te brengen, grenzen te installeren en op te volgen over de structuren waarin zij leven? Mijn Lacaniaanse kader vraagt ons niet om een genetische code te ontcijferen, maar om te luisteren naar de unieke knopen in het psychisch functioneren van elke persoon.

 

Het verlangen achter de diagnose

Ons bestaan is doordrenkt van een onophoudelijk verlangen, een gemis dat nooit volledig wordt ingevuld. ADHD, bekeken vanuit dit perspectief, kan een uitdrukking zijn van een verlangen dat geen plaats vindt binnen de heersende orde. Een kind dat ‘te druk’ is, kan een kind zijn dat niet gehoord wordt in zijn meest fundamentele verlangens. Een volwassene die ‘chaotisch’ is en geen structuur kan aanbrengen, kan iemand zijn die worstelt met de beklemming van een leven dat niet strookt met wat hij of zij diep vanbinnen wenst.

 

Wanneer we ADHD herleiden tot genetica, missen we deze laag. We missen de kans om te begrijpen hoe symptomen spreken, hoe ze ons iets vertellen over het individu én de context waarin dat individu leeft. En vooral missen we de kans om te zien hoe het falen om de Naam-van-de-Vader te installeren zich van generatie op generatie kan doorzetten, tot iemand de moed vindt om te spreken en te luisteren.

 

Wat mijn werk biedt

In mijn zetel onderzoeken we niet enkel de symptomen, maar wat ze betekenen. Waarom manifesteert iemand onrust? Waarom vindt iemand zijn of haar plaats niet onder de zon? Waarom lijkt concentratie onmogelijk? Het antwoord blijkt steeds opnieuw niet in een gen te liggen, maar in een verhaal – een verhaal dat geworteld is in persoonlijke ervaringen, familiale dynamieken en maatschappelijke structuren.

 

Mijn Lacaniaanse kader biedt ons geen eenvoudige oplossingen, maar wel een uitnodiging: om verder te kijken dan het etiket, om te luisteren naar de unieke waarheid van elke patiënt, en om te erkennen dat de menselijke psyche te complex is om gevangen te worden in een enkelvoudige, biologische verklaring. Vooral dat is iets waar we ons terug mee moeten verbinden.

 

ADHD als genetische kwestie? Of een symptoom van een transgenerationeel niet in staat zijn de Naam-van-de-Vader te installeren? Misschien is die vraag vooral een spiegel van een samenleving die het ongemak van de psyche liever medisch verklaart dan ernaar te luisteren. Ik ben nogal fan van dat laatste.

Comments


bottom of page